Graag laten wij leden, betrokkenen, Soesters en iedereen aan het woord om verhalen te schrijven rondom het Gilde. 
Vandaag een interview met Cees de Bruin.

Naam: Cees de Bruin
Beroep: Machinebankwerker
Band met het Gilde: Koning in 1988

Aan de Koninginnelaan begint het gesprek een beetje in mineur. Het is de woensdag, nadat Fried van den Breemer is overleden, de uitvaart is morgen. Cees had juist vorige week dinsdag Fried nog opgehaald voor een avondje schutjassen, tijdens de kaartavond bij Het Gilde. Cees is nog wat van slag door het bericht.

Helaas is dat een deel van het leven en is hij blij, dat hij die dinsdag Fried nog een leuke avond heeft bezorgd.

Cees werd Koning in 1988, maar hij kan niet spreken van “ons” koningschap, want Karin zijn vrouw was toen nog niet in beeld.

Hij was toen getrouwd met zijn 1e vrouw en woonde aan de Ereprijsstraat. Die ochtend in augustus kwam zijn zus uit Oud-Beijerland onverwacht op de koffie. Hij vroeg zijn overbuurman Gerard van Dorresteijn om hem vast in te schrijven en te betalen, hij zou zo snel mogelijk komen om deel te nemen aan het Koningsschieten.

En tja, toen schoot hij de vogel eraf, nog niet betaald, maar wel Koning!

Dat heeft Gerard hem lang nagedragen.

Het leven van Cees begint aan de Thorbeckestraat en vandaar met 3 jaar naar de Krommeweg. Eigenlijk de plek waar zijn hele jeugd en jongvolwassen leven zich heeft afgespeeld. Tja, dan komt “ons kent ons” voorbij en kunnen we een hele tijd uitvoerig doorgaan over wie ik daar allemaal ken, die hij ook kent. Soest is en blijft een “durp”.

Met 13 jaar ging Cees al van school om een vak te leren in de praktijk, hij startte bij Foxboro, haalde zijn diploma gereedschapmaken en leerde het vak van machinebankwerker. Daar ontmoette hij ook zijn vrouw.

Via onder meer High Voltage in Amersfoort, kwam hij terecht bij Toon van den Berg, het constructiebedrijf aan de Kostverlorenweg. Cees zijn gezicht licht op, als hij vol trots verteld daar een dubbele as te hebben gedraaid voor een deur van de oven van bakkerij Schat, die krom was. Het betreffende onderdeel kon uit Duitsland gehaald worden, maar dat duurde 2 weken. Cees mocht deze zeer ingewikkelde as maken en toen het klaar was, bekeek hij vol trots zijn werk.

Vakmanschap is Meesterschap!

Cees is maar relatief kort getrouwd geweest met de moeder van zijn dochter. Hij is inmiddels al weer 27 jaar getrouwd met Karin en samen vormen ze bekende gezichten op het Gildeterrein.

Ze delen een grote passie voor paarden, Karin heeft vele jaren voor de WPE de paardenspelen georganiseerd tijdens het Gildeweekend, ze was jarenlang bestuurslid bij de WPE. Karin is ook al ruim 40 jaar vrijwilliger achter de bar bij de Gildefeesten.

Cees is van jongs af aan al gepassioneerd bezig met “inspanningen”, ook hij was bestuurslid bij de WPE. 

Het huis aan de Koninginnelaan biedt gelukkig veel ruimte achter voor de hobby. Bij het Gilde is Cees nu twee jaar actief in de commissie voor de muziektent en is hij één van die onopvallende, maar o zo belangrijke leden, die vooral met hand-en-spandiensten de organisatie ondersteunen.

Ik merk op dat ik het jammer vind, dat het Gilde geen ruiters of herauten heeft en meer nog, dat de koning niet wordt opgehaald met een koets.

Cees vertelt dat dit in de tijd dat René van Hal ouderman was, is afgeschaft. Inderdaad jammer, maar ook terecht, het is heel lastig met de veiligheid. Paarden schrikken en kunnen dan op hol gaan, dat kan niet met publiek en inspanning. Zo’n paard is niet meer te houden.

We constateren dat het inderdaad prachtig is, dat sommige Brabantse Gilden ruiters in de optocht hebben lopen, maar ja, die kunnen met een kwartiertje rijden, de paarden na de optocht thuis brengen en teruggaan voor de rest van het feest.

Tussen de vele verhalen tijdens ons gesprek, zit een leuke anekdote. Cees had een warme band met Gerard van der Grift. Op een avond belt Gerard hem op en geeft aan problemen met een jong “peerd” te hebben, of hij even langs wilde komen.

Ze stapten op de bok en waren al halverwege de bult naar Amersfoort, toen Cees aan Gerard vroeg wat er nu voor probleem was met dat jonge paard. Gerard antwoordde, dat er helemaal niets was, maar dat ze mekaar al 3 weken niet hadden gesproken, dus dat dit een mooi excuus was.

Na diverse functies, waaronder als laatste bij de posterijen, is Cees met pensioen en kan hij dàt doen waar hij van geniet: paardensport en Gilde-activiteiten.

Nog een korte terugblik op het Koningschap; het ophalen van de Gildekoning aan de Ereprijsstraat was opzienbarend, want aan de Ereprijsstraat, was men totaal niet bekend met zoiets als een Gildekoning, dus dat riep de nodige vragen op. 

Op zijn schild, dat hij in Brabant liet maken, heeft Cees een brandweerwagen laten graveren, hij is maar liefst 15 jaar met ziel en zaligheid lid geweest van de vrijwillige brandweer in Soest en dus ook in 1988.

Zijn mooiste herinnering aan dat jaar is misschien wel het uitstapje naar Den Haag. Het Gilde was uitgenodigd om de bijeenkomst van de Hoge Raad van Adel op te luisteren en daarbij werden ze ontvangen door Koningin Beatrix.

Het oud-koningenkampen is nog steeds voor hem een belangrijk gebeuren, waar hij veel plezier aan beleeft, de sfeer onder de oud-koningen is prettig en reuze gezellig!

Labels